Begin 2008 werd de laatste lading cokes gelost uit de ovens van de cokesfabriek van Marchienne.
Twee metalen schachtbokken verheffen zich boven de rijhuizen langs de Rue de Marcinelle in Charleroi.
Na jarenlang verzet is de afbraak begonnen van de Pont des Trous in Doornik: een militaire rivierbrug van eind 13de eeuw boven de Schelde.
Een halve eeuw geleden zijn de ovens gedoofd van deze baksteenfabriek. Toch slingeren nog duizenden bakstenen, buizen en raamkozijnen rond in de verlaten werkplaatsen.
Een blauw gebloemd servies van Boch uit La Louvière stond jarenlang met stip op één op huwelijkslijsten. Maar na een stoet van overnames ging de keramiekfabriek in 2011 definitief kopje onder.
Vrachtwagens en auto's razen over de brug van Estaimpuis richting Kortrijk of Doornik. Maar onder de brug tref je alleen een verkeersvrije weide aan.
De ruïnes van de oude steenkoolmijn des Wagneaux in Colfontaine hebben plaats geruimd voor nieuwe administratieve gebouwen van de gemeente.
Aan de rand van het bos van Saint-Ghislain in Dour rusten de betonnen restanten van de steenkoolmijn van Sauwartan, gesloten in 1938.
Wie mijnramp zegt, zegt Marcinelle. In de steenkoolmijn van Bois du Cazier kwamen op 8 augustus 1956 262 mijnwerkers om het leven. Het was de grootste mijnramp uit de Belgische geschiedenis, maar zeker niet de enige.
De 4 scheepsliften op het Centrumkanaal in Henegouwen overbruggen samen een hoogteverschil van 68 meter.
Aan de rand van Bergen ligt de terril Héribus, de 138 meter hoge steenberg naast de gelijknamige koolmijn die hier tot 1968 actief was.
Je moet er eerst voor door een akker, stekende braamstruiken en een bandenstort waden, maar dan sta je wel aan een van de enige betonnen schachtbokken die Charleroi rijk is: le petit Martinet.
Steenkoolmijn Martinet in Charleroi is slechts een schim meer van zichzelf. Begin 20ste eeuw groeide le Martinet nochtans uit tot een van de koplopers in de Europese industrie.
Van de honderdtal mijnen in de Borinage is de Charbonnage d'Hensies-Pommerœul de allerlaatste mijn die op 31 maart 1976 de poorten sluit.
Op 8 augustus 1956 slaat het noodlot toe in de mijn van Bois du Cazier: honderden meters onder de grond breekt een felle brand uit waarbij 262 mijnwerkers om het leven komen.