Naast de al aanwezige steenkoolmijnen trok het kanaal nieuwe industrieën aan, waaronder de Union Chimique Belge, de glasfabriek Doyen en de cementfabriek van Thieu.
Twintig jaar leegstand
Van de zware industrie blijft vandaag niets meer over: de mijnen sloten een voor een de deuren, de 'Cimenterie de Thieu' ging in 1985 door de knieën. De gemeente tikte het fabrieksdomein uiteindelijk begin deze eeuw op de kop voor een symbolische euro. Een vergiftigd geschenk, zo bleek pas later.
In 2014 opende weliswaar een nieuw sportcomplex op de vroegere fabriekssite, maar het plan om die investering te compenseren door de overige gronden te verkopen aan projectontwikkelaars, liep jaren vertraging op.
Bodemsanering
Uit een bodemstaal bleek namelijk dat de grond, ondanks een grootschalige sanering tussen 2005 en 2009, alsnog zware metalen bevatte. Het ene onderzoek volgde na het andere, in 2018 werd uiteindelijk geoordeeld dat de vervuiling geen alarmerende waarden bereikte. De bouw van een nieuwe woonwijk kan na jaren vertraging starten.