De kasseistrook van Wallers naar Hélesmes speelt elk jaar een glansrol in Parijs-Roubaix. Tot honderd jaar geleden donderden wagons stampvol steenkool boven de kasseistrook.
Steenkoolbekken Nord-Pas-de-Calais
Restanten van 109 verschillende steenkoolmijnen en ander mijnerfgoed vormen het "Nord-Pas de Calais Mining Basin", dat sinds 2012 op de lijst Werelderfgoed van UNESCO staat. De mijnen van Loos-en-Gohelle, Oignies, Arenberg en Lewarde gelden als 4 grote herinneringsplaatsen van het Franse steenkoolverleden.
Op de grens met Lens staat deze 66 meter hoge kolos uit gewapend beton: de extractietoren van Fosse n° 11-19, een Franse steenkoolmijn die 30 jaar geleden sloot.
Ook onze Franse buren woelden naar steenkool. In de Fosse Delloye duurde die zoektocht slechts een schamele 40 jaar, wegens niet rendabel.
Oignies is de laatste plaats in het Franse mijnbekken van Nord-Pas-de-Calais waar steenkool ontgonnen werd. Pas in december 1990 sluit de mijn.
Wie Wallers-Arenberg zegt, denkt meteen aan de beruchte kasseistrook in Parijs-Roubaix, maar aan de rand van het bos ligt ook de steenkoolmijn van Arenberg.
Van 1905 tot 1988 werd in de steenkoolmijn Charles Ledoux in Condé-sur-l'Escaut, net over de grens met Frankrijk, steenkool vanonder de grond gedolven.
Advertenties