Deze serie elektrische treinstellen werden net voor de Tweede Wereldoorlog losgelaten op Belgische spoorlijnen die waren uitgerust met een bovenleiding. Gek veel waren dat er nog niet. Stoomlocomotieven waren nog altijd heer en meester op de sporen. Toch kreeg de elektrificatie in deze periode gestalte.
De spoorlijn tussen Brussel en Tervuren werd in 1931 als testlijn gebruikt voor de elektrificatie, de echte doorbraak kwam er met de ombouw van de lijn tussen Brussel en Antwerpen via Mechelen. Waar 100 jaar daarvoor de eerste treinrit plaatsvond, reden in 1935 de eerste elektrische treinstellen over het spoor.
Een mandje bloemen
Bij de inauguratie van de geëlektrificeerde lijn konden koning Leopold III en zijn gevolg natuurlijk niet ontbreken. In Brussel-Noord kropen ze aan boord van een derdeklasmotorrijtuig van het type 1935.
In de krantenverslagen uit die tijd klonk het allemaal wel heel sobertjes: 'Een mandje bloemen was de gansche te dezer gelegenheid aangebrachte versiering in den wagen.' Toen het sein op groen sprong, bolde de trein weg 'en breekt het Belgisch lint, dat enkele meters voor hem over de sporen is gespannen!'
Nieuwe motorstellen
Voor de geëlektrificeerde lijnen ontwikkelde de NMBS eind jaren dertig een nagelnieuw motorstel, de klassieke motorrijtuigen waarvan in 2024 werd afscheid genomen. Hun bijnaam 'tweetjes' hadden ze te danken aan de twee rijtuigen waaruit ze bestaan.