Antitankgracht

De antitankgracht werd tussen 1938 en 1940 aangelegd om de Antwerpse fortengordel te versterken. Tijdens de Eerste Wereldoorlog bleken die niet opgewassen tegen het Duitse leger. Om dezelfde reden werd tijdens het interbellum de bres gedicht aan het Albertkanaal met het fort van Eben-Emael.

Het doel van de gracht? Tanks tegenhouden. In een strook van honderden meters langs het kanaal werden alle bomen, struiken en gebouwen omgehakt om de zichtbaarheid te vergroten. Antwerpen was er klaar voor.

Mijnenvelden en prikkeldraad

In april 1940 bezocht een journalist van De Volksgazet de nieuwe versterkingen. Hij zag gecamoufleerde schuilplaatsen, schildwachten, kilometers prikkeldraad en mijnenvelden. Bijna wenste hij dat 'men van over de grenzen dit alles in detail kon zien... om er tweemaal over na te denken.'

Zijn wens zou snel werkelijkheid worden: het Duitse leger overrompelde ons land en stond in september 1940 voor de antitankgracht waar enkele schermutselingen plaatsvonden. Luttele dagen later capituleerde België.

Na de oorlog werd de gracht gedemilitariseerd. Vandaag is het een langgerekt natuurgebied waar vleermuizen zich verschansen in de resten van bunkers en forten. Sinds 1992 is de hele antitankgracht beschermd als landschap.