Serres van de Tuinier

Het vergeten broertje van de Koninklijke Serres

In de schaduw van het koninklijk domein van Laken liet koning Leopold II eind 19e eeuw de serres van Stuyvenberg bouwen van waaruit hij à volonté bloemen en planten kon laten aanrukken om de koninklijke verblijven op te fleuren.

23 juni 2021

Het serrecomplex maakte deel uit van de hoger gelegen Tuinen van de Bloemist (rechts op de foto) waar onder meer exotische planten uit Congo konden acclimatiseren.

Maquet

Architect Henri Maquet ontwierp de serres en was als bouwmeester van Leopold II ook verantwoordelijk voor de bouw van de Venetiaanse Gaanderijen in Oostende en de uitbreidingen van het koninklijk paleis in Brussel.

Het lot van de serres van de Tuinier staat in schril contrast met de Koninklijke Serres van Laken, een wintertuin uit staal en glas die ook al in opdracht van Leopold II werd gebouwd.

In de jaren 1990 raakten de Serres van de Bloemist namelijk in onbruik en stonden ze er, net als de tuinen zelf, verlaten bij.

Tweede leven voor de serres van de Bloemist

Vandaag vang je vanuit de tuinen nog een glimp op van de teloorgang, maar niet voor lang meer. De serres worden sinds maart 2021 gerenoveerd. Alle kapotte glaspartijen zijn verwijderd, het onkruid is bijgesnoeid en een deel van de serres ligt plat.

Vijf miljoen euro wordt er vrijgemaakt om de oranjerie en zes van de oorspronkelijke zeventien serres hun oude grandeur terug te geven. De siertuinen zelf zijn in hun oorspronkelijke staat hersteld.