Textielindustrie

Bij de verdieping en verbreding van het kanaal Gent-Terneuzen werd in 1885 de nieuwe Voorhaven uit de grond gestampt. Emile Braun, stadsingenieur en de latere burgemeester van Gent, ontwierp de nieuwe havenuitbreiding.

Spinnerijen, weverijen, ververijen en twijnderijen: in Ronse struikel je over de restanten van het textielverleden.

Naast zon, zee en strand heeft het Italiaanse kustplaatsje Amalfi ook industriële ruïnes in petto.

Sinds 1896 flankeert de katoenspinnerij en -twijnderij Nouvelle Orléans het Verbindingskanaal in Gent. 

Langs de Nieuwevaart in de Gentse Rabotwijk prijken de restanten van de "Filature du Rabot".

Pal aan de oever van de (intussen) gedempte oude Leiearm in Zulte bevond zich een vlasroterij die begin eenentwintigste eeuw werd verbouwd tot woning.

In de textielfabriek van de familie Bosteels-De Smeth, opgericht in 1875, werd het Belgische kousenmerk du Parc geproduceerd.

In de loop van de twintigste eeuw ontpopte de Sanitary Underwear Company zich tot de tweede grootste textielfabriek van het Oost-Vlaamse Zottegem. 

In het hart van het Meetjesland zou je het niet meteen verwachten, maar ook hier beleefde de textielindustrie gouden jaren.

De Kortrijkse Katoenspinnerij lag sinds 1927 benepen tussen de Spinnerijstraat en het kanaal Bossuit-Kortrijk

De blekerij Alsberge-Van Oost zag het levenslicht in 1879. Een eeuw later ging de blekerij over de kop en volgde jarenlange leegstand. 

De torens en kantelen doen een kasteel vermoeden, maar dit was wel degelijk een spinnerij.