De Hemptinne was dan ook groot geworden tussen de spoelen en weefgetouwen. Zijn vader Felix de Hemptinne, een koopman afkomstig uit een Waals-Brabantse adellijke familie, had zich in 1815 al ingetrouwd bij textielfamilie Lousbergs. Naast de fabriek van zijn schoonvader stampte hij een katoenfabriek uit de grond.
Een van de zes kinderen van van Felix de Hemptinne en Henriette Lousbergs, namelijk Jules, vestigde vanaf 1850 zijn eigen textielfabriek op de taartpunt tussen de Lieve, de oude stadswal (vandaag de Opgeëistenlaan) en het Blaisantvestkanaal (nu de Kolveniersgang).
Manchestergebouw
In 1853 rees onder meer een spinnerij uit de grond van het Manchestertype: een bakstenen gebouw met oorspronkelijk twee verdiepingen, een veelvoud aan ramen om zonlicht naar binnen te leiden en vooral: brandveilig.
De vloeren rusten op bakstenen troggewelven die op hun plaats worden gehouden door gietijzeren kolommen en balken. Van hout was dus geen sprake meer. Later werd de spinnerij verhoogd tot vijf bouwlagen. Het is vandaag het oudst bewaarde Manchestergebouw in Gent en is sinds 1996 beschermd als monument.