AEG Humboldthain

AEG was in 1883 uit de grond gestampt door de joodse ondernemer Emil Rathenau. Hij zag de ongebreidelde mogelijkheden van een nieuwe technologische vondst: elektriciteit. Met zijn bedrijf, de Allgemeine Elektricitäts-Gesellschaft AG ofwel AEG, bouwde hij gloeilampen, verwarmingstoestellen, elektrische motoren voor trams ...

AEG-vestiging in Humboldthain

In Berlijn zijn de sporen van AEG alomtegenwoordig. Voor de bouw van de vestiging in Humboldthain werd alles uit de kast gehaald. De gerenommeerde Berlijnse architect Franz Schwechten werd opgetrommeld om de fabriek vorm te geven. Schwechten ontwierp ook het (vernielde) station Anhalter Bahnhof en de Gedächtniskirche.

Toegangspoort

Alleen de bakstenen toegangspoort aan de Brunnenstraße met zijn spitsbogen is vandaag bewaard gebleven en verklapt onder meer het bouwjaar (1896) ervan. De ornamenten, zoals het met mozaïektegels versierde logo van AEG, toont stroomkabels en gloeilampen.

De fabriek werd in 1911/1912 langs de Hussitenstraße uitgebreid met een monumentale, 176 meter lange machinehal, een van de grootste werkplaatsen van Berlijn. Ontwerper ervan was vormgever, typograaf en architect Peter Behrens. 

Behrens

Hij was sinds 1907 in dienst van AEG en had eerder al zijn strepen verdiend met de bouw van de Turbinenfabriek van AEG in Moabit. Beide werkplaatsen lijken als twee druppels op elkaar. Elk overbodig ornament liet hij weg, alleen is zijn bouwwerk aan de Hussitenstraße bekleed met bakstenen.

Duitslands eerste U-Bahn

Om beide ver uit elkaar gelegen delen van de fabrieken met elkaar te verbinden, werd in 1894 een 300 meter lange, ondergrondse tunnel geboord, de eerste ondergrondse spoorverbinding van Duitsland. AEG ging in 1996 ten onder. In Berlijn was het verhaal van AEG al vroeger ten einde gekomen. 

De fabriek in Humboldthain zette haar activiteiten al in 1983 stop. De Hussitenstraße wordt echter nog altijd geflankeerd door de monumentale werkplaatsen.