Een van de oudste bewaarde hoogovens in het Ruhrgebied, de Henrichshütte in Hattingen, zag het levenslicht in 1854.
Staal en ijzer
Toen Abraham Darby in 1709 in het Engelse Coalbrookdale zijn bakstenen oven begon te vullen met cokes (gezuiverde steenkool) in plaats van met houtskool om ijzer te produceren, gaf hij het startschot voor de industriële revolutie. De uitvinding spreidde zich als een olievlek uit over Engeland en het Europese vasteland. In België maakten de hoogovens van Cockerill, Boël, la Providence en Forges de Clabecq het mooie weer, in het Duitse Ruhrgebied voerden Krupp, Thyssen en de Rheinische Stahlwerke het hoge woord. Met de verhuis van de zware industrie naar het oosten, bleven werkloze restanten van de staalindustrie over.
Julius Buch stampte in 1873 de Völklinger Hütte uit de grond, waar tot in 1986 staal geproduceerd wordt.
Anno 1901 liet August Thyssen een staalfabriek met hoogoven, de Rheinische Stahlwerke zu Meiderich bei Ruhrort, optrekken in het Duitse Duisburg.