Waggelwaterbrug

Begin twintigste eeuw werd de spoorlijn richting Oostkust op een verhoogde bedding aangelegd en in 1906 startte de bouw van de spoorbrug over de Oostendse vaart.

Draaibrug

Om het scheepvaartverkeer niet te hinderen, werd voor een draaibrug geopteerd. Die werd bediend vanuit de twee uitkragende torentjes langs beide zijden van de brug. De Hout- en steenkaai langs het kanaal werden overbrugd door sierlijke bakstenen gewelfde tunnels.

Vernielingen

De spoorbrug was nog maar goed en wel afgewerkt of de Eerste Wereldoorlog barstte los. Toen de Duitse soldaten zich op het einde van de Eerste Wereldoorlog in 1918 terugtrokken, werd de brug deels vernield. Vier jaar later was de brug weer hersteld, het draaimechanisme werd echter wel vastgezet.

Het steeds drukkere spoorwegverkeer naar de haven van Zeebrugge en de kuststeden leidde honderd jaar na de bouw van de Waggelwaterbrug tot de constructie van een nieuwe spoorbrug pal naast de oude Waggelwaterbrug.

De eigenaar van de brug, de Belgische spoorwegbeheerder Infrabel, heeft in 2024 groen licht gekregen om de ongebruikte brug te slopen. Het onderhoud ervan kost namelijk handenvol geld. De brug is ook niet beschermd als erfgoed. De beide landhoofden zouden wel bewaard blijven.