Met zijn veertig meter hoge ligging bood het een weids panorama over de streek: een belangrijk strategisch voordeel, dus. Prompt herdoopten de Duitse soldaten het bos tot Bayernwald, een ode aan Rupprecht von Bayern, de laatste Beierse kroonprins, maar vooral een niets ontziende commandant die het bevel voerde over het Duitse Zesde Leger.
Vanuit Bayernwald keken de Duitsers uit op het vijandelijk gebied dat zich uitstrekte langs de Wijtschateboog, het front waar jarenlang een loopgravenoorlog woedde. Om hun observatiepost te versterken, legde het Duitse leger een uitgestrekt netwerk van loopgraven en bunkers aan.