Mijnput in Plombières

Zinkmijn van Plombières

De zink- en loodmijn van de Cockerills

De broers Charles James en John Cockerill vingen in 1825 een concessie van de Nederlandse koning Willem I om in Plombières op zoek te gaan naar looderts.

Plombières was niet de enige plaats waar de bodem bulkte van lood en zink. Op luttele kilometers van Plombières maakten de zinkmijnen van de Vieille-Montagne het mooie weer in Neutraal Moresnet.

Charles James Cockerill runde de mijn al snel op zijn eentje, zijn kinderen namen de handel over na zijn overlijden.

Maar het zou tot midden 19e eeuw duren vooraleer de ontginning van zink en lood echt op dreef kwam. Daar blijft nu niet veel meer van over.

De zinkmijn sloot in 1922 de deuren en de mijngebouwen werden met de grond gelijk gemaakt.

Gekanaliseerde Geul

Wat overblijft, is een uitgestrekt natuurgebied waar de rivier de Geul de hoofdrol opeist. Zij is gekanaliseerd omdat het water binnensijpelde in de mijn.

Puits Renaissance

De twee mijnschachten, Puit Renaissance 1 en 2, staan bij benadering op de plaats waar ze ooit stonden.

De twee schachten reikten tot 182 meter onder de grond waar het lood- en zinkerts gedolven werd.

Spoorlijn 39

De bedding van spoorlijn 39 dwarst het gebied en is verderop heraangelegd als ravel.

Ook op de mijnsite zelf krioelde het van de sporen, alleen een paar houten bielzen tonen nog de plaats aan waar de sporen lagen.

Hoe kan ik deze plaats bezoeken?

Deze info is alleen toegankelijk voor Plus-gebruikers. Als Plus-gebruiker:

  • Ontdek je het adres, gps-coördinaten en bezoekinstructies. Benieuwd? Bekijk een voorbeeld.
  • Krijg je toegang tot de kaart met 600 bestemmingen.
  • Ontvang je digitale reisgidsen, uitgestippelde routes voor wandelaars en fietsers, kortingen bij musea en toegang tot de nieuwste verhalen.

Krijg toegang 29,90 euro voor een heel jaar

Vind alle Plus-voordelen op een rijtje. Ben je al plus? Meld je aan

Plus-gebruikers geven Industriecultuur.be een gemiddelde score van 4,3/5!

 

Meer artikels over