Fritz Schupp

Tot diep in de twintigste eeuw was het Ruhrgebied de economische motor van Duitsland. Vandaag zijn veel hoogovens gedoofd en de steenkoolmijnen gedempt. Wat blijft er nog over van dat riante industrieel erfgoed?

In 1847 kwam de steenkool- en staalindustrie in het Duitse Ruhrgebied op kruissnelheid, industrieel Franz Haniel plantte dat jaar een steenkoolmijn in Essen.

Tussen de relicten van steenkoolmijn Zeche Nordstern werd na de stillegging ervan in 1986 het landschapspark Nordstern aangelegd. 

De jarenlange steenkoolontginning in Zeche Hugo in het Duitse Gelsenkirchen heeft een honderdvijftien meter hoge terril achtergelaten, de Halde Rungenberg.

De schachtbok boven de mijn Pluto-Wilhelm in het Duitse Ruhrgebied doet meteen denken aan de tot werelderfgoed uitgeroepen Zollverein in Essen. Deze dubbelganger ervan wordt met sloop bedreigd.

Van de cokesfabriek Alma in het Duitse Gelsenkirchen zijn alleen de administratieve gebouwen behouden, toch herken je er nog de hand in van industriearchitect Fritz Schupp.

In 1993 is de cokesfabriek Kokerei Zollverein al aan het einde van zijn Latijn: de staalcrisis van de jaren 90 doet de vraag naar cokes wegsmelten.

In 1988 staakte de Duitse ertsmijn Rammelsberg na bijna duizend jaar de winning van koper, lood en zink.